Vandaag zijn we heel stuk verder naar het Oosten gereden, tot in Malang. Dit betekend een rit van een zestal uren op de Java highway.
Dus veel te vertellen is er niet. Wat ons opvalt is dat de Indonesische taal zoveel herhalingen van twee woorden kent. Ik geef er jullie enkele mee:
- hati-hati: opgelet of gevaar! (zie foto hieronder van een stukje hati-hati op de highway)
- sama-sama: graag gedaan. Dat antwoorden ze hier als je ‘Terima Khasi’ zegt 🙂
- oleh-oleh: ik dacht eerst dat dit een uitroep van blijdschap was, maar het is ‘klein geschenk’. Veel te zien aan shopjes, dus.
Wat ook typisch is, is dat mensen hier heel inventief zijn (ze moeten wel) om wat geld bij te verdienen. Zo kan je op een drukke viervaksweg gaan staan en daar de mensen helpen om zich te draaien op die weg om de andere richting uit te gaan. Het enige dat je ervoor nodig hebt is een fluitje… en veel lef. Een andere bijverdienste is om de mensen te entertainen aan de rode lichten (zie hieronder).
Vannacht moeten er om 12u30 uit om naar Mount Bromo te gaan. Onderweg dus enkel een stop voor de lunch (superlekkere Saté Ajam en zeevruchtensoep).
Daarna nog een blitsbezoekje aan de ATM. Want we wisselen binnenkort niet alleen van eiland, maar ook van gids. Dus we moesten voor wat tipgeld zorgen. Het was een afhaling in zeven delen (echt), want blijkbaar was de gleuf niet genoeg voor zoveel briefjes… Don’t worry, 100.000 Rupia is ongeveer €6.
Iris voelde zich niet echt ajamlekker, dus ging ze super vroeg onder de wol. Wij bezochten toch nog het hotelrestaurant, waar de kleine snack toch niet zo klein bleek te zijn. En voor Iris besloot om te gaan slapen, speelden we nog een spelletje Oh Hell. Het zag er niet goed uit voor mij…
Nu dus nog een korte nacht, en dan Mount Bromo.