Gisteren zijn we met de trein van Jakarta naar Yogjakarta gereden, een ‘special territory’ in West Java onder het bewind van de tiende Sultan. De treinrit was aangenaam, maar ijskoud. Vooral ‘s ochtends was het om te bevriezen. De rit nam zo’n 7 uren in beslag.
Maar we passeerden wel voorbij kilometers en kilometers aan rijstvelden en aanverwanten. Onderweg kregen we nog een treinlunch tussen de kiezen, die al bij al nog wel meeviel: nasi goreng bakso (voor de anderstaligen onder ons dus gebakken rijst metvleesballetjes).
Eens aangekomen in het Jambuluwuk Malioboro hotel waren we te moe om nog heel veel te ondernemen. Ik zag op de kaart in de bar ‘Soju’ op de kaart staan. Ik vroeg aan de kelnerin wat het was, maar verder dan ‘you want?’ kwam ze niet. Ik besteld er één met mango smaak. Achteraf bleek het dit te zijn, en zo’n 20° sterk. En dat in 33cl. Vanavond drink ik de tweede helft op.
‘s Avonds waren we te moe om nog iets te ondernemen, en aten we alweer in het hotel. Na een bezoek aan het nieuwe Mexicaanse restaurant van het hotel, alwaar een live band veel te luid aan het spelen was, besloten we toch in de Captains Club ons avondeten te nuttigen. Wat mij betreft was het OK (o.a. met mosseltjes), maar zeker niet het beste dat ik hier al gegeten had. Mijn reisgenoten besloten om er een Italiaanse avond van te maken, en bestelden pasta. Alles was ook in enkele minuten klaar. Dus zeker niet vers klaargemaakt.